Mijn opa vertelde ooit een verhaaltje voor het slapen. Het verhaaltje maakte diepe indruk en is me altijd bijgebleven.
Ik werd ouder en ontdekte dat het een sprookje van Grimm is.
Hieronder even kort het sprookje en ja, het leidt ergens toe, hahaha. Soms ga ik van de hak op de tak, ik weet het.
De visser en zijn vrouw
Mannetje Timpetee woont met zijn vrouw in een hutje aan het strand.
Op een dag vangt hij een vis die kan praten en hem smeekt om vrijgelaten te worden. Hij mag alles wensen wat hij wil, als dank. Timpetee kan niets verzinnen en laat de vis vrij.
Als hij thuiskomt, zegt zijn vrouw; had toch een mooi huis gevraagd!
Het mannetje gaat terug naar het strand, roept de vis en brengt de wens alsnog over en de vis willigt het verzoek in.
Even zijn ze blij in hun mooie huis, maar de vrouw wordt al snel ontevreden en stuurt hem terug naar het strand om een groter nog mooier huis te vragen.
Ze wil een villa.
Dan wil ze een koninklijk paleis.
Tenslotte een keizerlijk paleis.
Uiteindelijk besluit ze dat ze GOD wil worden.
Het mannetje gaat het bibberend vragen. Het stormt als hij op het strand komt. Het dondert en bliksemt.
Alls hij thuiskomt zit zijn vrouw weer voor het oude hutje aan het strand.
In deze tijd denk ik weer veel aan dit sprookje.
We leven zo snel, “the sky is the limit”. Er zijn te veel keuzes, te veel spullen, te veel te doen. Als we aan elkaar vragen hoe het gaat is het antwoord meestal; “druk”.
We verlangen naar een rustiger en meer verbonden leven, met onszelf, met onze kinderen en elkaar.
De kostbare tijd glipt door onze vingers.
We voelen in deze tijd dat meer, groter en beter, zoals het vrouwtje van de visser, ons niet per se gelukkiger maakt.
Vaak wel gestrest, gespannen en onrustig. Hoe is dit voor jou?
Het vrouwtje wil GOD zijn en ze krijgt haar hutje terug.
Als kind dacht ik; dat krijg je, als je zo ondankbaar bent”.
Nu kan ik zien dat het goddelijke, tevredenheid of geluk een “inside job” is. Het vrouwtje was ook al god in haar eenvoudige hutje. Geluk of tevredenheid kan je niet buiten vinden, het is er altijd al, in je in.
Je komt er misschien niet altijd bij.
Ik wil je uitnodigen je onderstaande vraag aan jezelf te stellen;
Hoe wil ik mij voelen?
Neem eens een moment om daar stil bij te staan. Even te vertragen, te zijn in plaats van te doen. Open staan voor je eigen antwoorden.
Wat heb jij nodig om dat gevoel te krijgen?
Mocht je zin en tijd hebben, zou je met mij willen delen hoe jij je wilt voelen?